
“Hoe meebewegingen ontstaan: het meest voorkomende restverschijnsel van de Ziekte van Bell is wel degelijk omkeerbaar”
Het 9e World Congress for NeuroRehabilitation werd gehouden van 10 tot 13 mei 2016 in het fraaie congrescentrum Marriott Downtown in Philadelphia.



Presentatie van wetenschappelijk onderzoek naar gezichtsmeebewegingen door Crystal Touch
Wij kwamen naar Philadelphia om de resultaten van ons onderzoek te presenteren aan de wetenschappelijke wereld en om begrip te kweken voor de problematische aard en de sociale gevolgen van aanhoudende restverschijnselen van de Ziekte van Bell.
De presentatie van Crystal Touch, “Hoe meebewegingen ontstaan: het meest voorkomende restverschijnsel van de Ziekte van Bell is wel degelijk omkeerbaar”, was op dit World Congress de enige die inging op wetenschappelijke onderzoek naar herstel van de Ziekte van Bell. De mondelinge presentatie door Alex Pashov trok veel belangstelling van de deelnemers en vanuit de faculteit. De 178 stoelen in de zaal waren bijna allemaal bezet.
Congres en belangrijkste thema’s
Er waren zo’n 1500 deelnemers uit de hele wereld. Het evenement was uitstekend georganiseerd: er waren talloze plenaire lezingen, mondelinge presentaties, posterpresentaties, workshops en speciale bijeenkomsten. Het belangrijkste thema dat aan de orde kwam was neurorevalidatie na beroertes, ruggenmergletsel, hersenletsel en multiple sclerose.
Onzekere vooruitzichten voor onderzoek naar restverschijnselen Ziekte van Bell
Helaas geven nationale en internationale wetenschappelijke progamma’s weinig aandacht aan herstel van aanhoudende Ziekte van Bell en de restverschijnselen daarvan. Uiteraard zijn meebewegingen in het gezicht, gezichtsasymmetrie en contracturen van gezichtsspieren niet zo ingrijpend als bijvoorbeeld de gevolgen van een beroerte, lichamelijke beperkingen door ruggenmergletsel of een gestaag verslechterende gezondheid door multiple sclerose.
Maar in onze kliniek komen dagelijks mensen met de Ziekte van Bell. Wij weten dat de restverschijnselen van deze aandoening een grote invloed hebben op hun kwaliteit van leven. Doordat ze niet in staat zijn normaal te glimlachen, last hebben van asymmetrische gezichtsbewegingen tijdens spraak en bij emoties, lijden aan voortdurende aangezichtspijnen of altijd een tranend oog hebben, verliezen ze vaak hun gevoel van eigenwaarde en zelfvertrouwen. Het gevolg kan zijn dat ze van beroep moeten veranderen of sociaal geïsoleerd raken.
Fundamenteel onderzoek naar aanhoudende restverschijnselen van de Ziekte van Bell wordt overgelaten aan een paar welwillenden
Voor en na onze presentatie spraken we met congresdeelnemers en leden van het Wetenschappelijk Comité. Ons werd duidelijk dat wetenschappelijk onderzoek naar herstel van aanhoudende aangezichtsverlamming (en de Ziekte van Bell in het bijzonder) niet snel aandacht of financiering zal trekken. Daar zijn simpele oorzaken voor. Overheden zien restverschijnselen van de Ziekte van Bell niet als een mogelijke bedreiging van de volksgezondheid. Bedrijven investeren beschikbare gelden in acuter en urgenter onderzoek, dat producten kan opleveren waar meer vraag naar is, doordat de ‘zwaargewichten’ onder de neurologische ziekten en aandoeningen een grotere bedreiging vormen voor de gezondheid en meer mensenlevens eisen.
Dit betekent in feite dat de Crystal Touch-kliniek vooralsnog een van de weinige instellingen in de wereld zal blijven die zich uitsluitend richten op onderzoek naar de Ziekte van Bell, de aanhoudende restverschijnselen daarvan en de ontwikkeling van nieuwe effectieve herstelmethoden.
Is het nu de tijd voor een paradigmaverschuiving?
De voornaamste boodschap van onze presentatie op het World Congress for NeuroRehabilitaiton in Philadelphia was: meebewegingen zijn geen gevolg van verkeerde teruggroei van de zenuwvezels tijdens het regeneratieproces (afwijkende regeneratie), verkeerde efaptische transmissie of overprikkelbaarheid van de zenuwkern. Meebewegingen in het gezicht zijn een GECONDITIONEERDE REFLEX en als zodanig omkeerbaar door negatieve feedback.
Het is tijd voor een ommekeer in de benadering van de medische en therapeutische wereld: van ‘wen er maar aan’ naar ‘samen kunnen we eraan werken, het is omkeerbaar’. Dit zou nieuwe hoop geven aan de naar schatting 12 miljoen mensen in de wereld met aanhoudende Ziekte van Bell. Na lange, lange jaren kunnen zij eindelijk hun Glimlach terugkrijgen.
The Origin of Synkinesis – Abstract
This is the abstract of the scientific research of Crystal Touch Bell’s palsy clinic on The Origin of Synkinesis.
Contact person & Presenting Author
Mr Alex PASHOV
Crystal Touch Bell’s palsy clinic
Session type: Peripheral Neuropathy and Neuromuscular Disease
Topic: Basic Science/Regenerative Therapy
Presentation preference: Oral presentation
Keywords: Bell’s palsy, Bell’s palsy sequelae, treatment of synkinesis, synkinesis, facial asymmetry
Abstract title: THE ORIGIN OF SYNKINESIS: THE MOST COMMON COMPLICATION OF BELL’S PALSY IS IN FACT REVERSIBLE
Aims:
To analyze inconsistencies in the existing theories of synkinesis after Bell’s palsy: aberrant regeneration, ephaptic transmission and nuclear hyperexitability. Using the new quantitative instrumental method of Synkinetic Correlation (SC), to research, define and substantiate the probable cause of synkinesis after long-standing Bell’s palsy. To investigate the resulting possibility to reverse facial synkinesis regardless of the time passed since the onset.
Method:
For 40 Bell’s palsy patients (32 female and 8 male, age 18-78, time since the onset >1 year) we measured oral-ocular and ocular-oral synkinesis, using Synkinetic Correlation method. First measurements were made during intake-meetings and final measurements – after 6 to 9 months of Neuro-Proprioceptive Rehabilitation (NPR) program. Results were analyzed from the perspective of existing theories of facial synkinesis.
Results:
Synkinetic Correlation between “muscles-Masters” and “muscles-Slaves” varied from 0.5 to 1.3. After rehabilitation programs, SC in 39 patients reduced on average to 0.2-0.6. One patient (aged 78) showed no change. Existing theories cannot explain Synkinetic Correlation >1, nor why after rehabilitation program, which did not include medications, Botox injections or surgery, the intensity of synkinesis showed an objectively measurable and lasting reduction.
Conclusion:
The cause of facial synkinesis is the forming of a pathological mimetic pattern (PMP) in the volitional mimetic center of the brain. During early stages of Bell’s palsy patient exerts repeated mental efforts of high intensity, trying to produce facial movements. Due to high-intensity, those efforts cannot be finely differentiated between proper facial muscles. This leads to a “mass-movement” pattern of the resulting efferent signals. During long recovery period this pattern transforms into a conditioned reflex by constant repetition. When the regenerating nerve fibers finally reconnect to their facial muscles, PMP manifests itself in synkinesis. As any conditioned reflex, facial synkinesis can therefore be reversed by negative feedback.